Er wordt wel gezegd dat als je hout gebruikt voor de ene toepassing, het niet meer beschikbaar is voor de andere en dat daarmee de prijs van hout wordt opgedreven. Als je bovengronds zulke mooie, duurzame dingen kunt bouwen met hout, waarom zou je het dan onder de grond stoppen?
Het is zeer de vraag of er sprake is van schaarste. Het meeste hout dat in Nederland gebruikt wordt voor heipalen komt uit de Ardennen. De firma HuetBois heeft in die leveringen een marktaandeel van 90%. Als ik meneer Geoffrey Huet vraag of hij een miljoen heipalen kan leveren, knippert hij niet met zijn ogen. Hij heeft geen productiebos; hij beheert de gemeentelijke bossen in de Ardennen volgens het PEFC protocol. Een spar van 60 jaar neemt haast geen CO2 meer op en kan plaatsmaken voor een nieuwe. Als je per jaar een zestigste vervangt door jonge aanplant, blijft het bos intact. Alleen al in de Ardennen, kun je dan een miljoen bomen per jaar oogsten.
België heeft minder dan een duizendste van het bosareaal van de grootste houtproducent ter wereld en staat op de 120ste plaats wereldwijd. Er kan echt heel veel meer hout geoogst worden zonder afname van het bosareaal. Door de afnemende vraag naar pulp voor de papierproductie, dreigt er zelfs in Canada en de VS een crisis in de bosbouw en worden productiebossen verlaten. Zonder onderhoud komen bosbranden vaker voor en geven omgewaaide en omgevallen bomen hun CO2 weer terug aan de atmosfeer. Met andere woorden, er is geen houtschaarste. Geoffrey Huet vertelde me dat hij geen opwaartse druk verwacht als de vraag naar stammen van de spar zou toenemen door Underground Forest of door de toename van het heien met hout. Er zit zoveel elasticiteit in de houtmarkt dat een grotere vraag zal worden opgevangen door grotere productie. De prijs wordt vooral bepaald door de kosten van het oogsten en het transport.